10 okt Van burn-out tot bevlogenheid
Werkstress leidt niet tot burn-out als medewerkers bevlogen zijn. Maar hoe zorg je voor bevlogenheid in je organisatie? Volgens hoogleraar Wilmar Schaufeli draait bevlogenheid om 3 dingen: iemand bruist van de energie, is toegewijd aan het werk en gaat helemaal op in zijn of haar bezigheden. Samen met de hoogleraren Arnold Bakker en Eva Demerouti ontwikkelde hij het JD-R model: het Job Demands-Resources model.
Dit model beschrijft de samenhang tussen ‘taakeisen’ en ‘energiebronnen’. Taakeisen die ons uitputten zijn bijvoorbeeld: conflicten op het werk, te hoge werklast, emotioneel zware gebeurtenissen, onduidelijke rol, gebrek aan grenzen tussen werk & privé, routine, weinig feedback, beperkte invloed op werkzaamheden en gebrek aan inspraak bij beslissingen. Wanneer er teveel factoren zijn die je uitputten en te weinig die energie geven, kan dat leiden tot een burn-out. Je voelt je uitgeput, verliest interesse in taken en presteert steeds slechter.
Energiebronnen
Stress en hard werken zijn op zich dus niet het probleem. Het gaat erom dat er voldoende energiebronnen beschikbaar zijn om de druk of de hoeveelheid werk aan te kunnen, vanuit de organisatie en vanuit jezelf. Denk bij energiebronnen vanuit de organisatie aan steun van collega’s en leidinggevenden, duidelijkheid over je rol, waardering, vrijheid om zelf werk in te delen, afwisseling, inspraak, vertrouwen in de leiding, kansen om te leren en ruimte om door te groeien. Bij persoonlijke energiebronnen draait het om zaken als optimisme, eigenwaarde en geloof in eigen kunnen.
Schaufeli heeft diverse factoren in kaart gebracht die bevlogenheid op organisatieniveau bevorderen. Die kun je onderbrengen in de categorieën: ruimte voor inspraak, een goede sfeer en mogelijkheden voor groei. Je kunt de bevlogenheid in je organisatie cultiveren door teams en afdelingen door te lichten op factoren die energie geven en factoren die energie kosten. Vervolgens is het zaak om verbeteringen door te voeren en vol te houden. Als medewerkers hierbij het gevoel hebben dat ze zelf invloed kunnen uitoefenen op hun werkomgeving, zijn ze meer gemotiveerd en ervaren ze een hoger niveau van welzijn dan wanneer bijvoorbeeld leidinggevenden aanpassingen in de werkomgeving doen.
Productiever
Dat zo’n exercitie zinvol is, blijkt onder andere uit onderzoek dat laat zien dat ongeveer 14 procent van de Nederlandse werknemers bevlogen is. Terwijl bevlogen mensen 200 procent klantgerichter zijn, 18 procent productiever, 10 procent meer verkopen, 27 procent minder verzuimen en 62 procent veiliger werken. Bovendien zijn bedrijven met een groot aantal bevlogen mensen innovatiever, kwalitatiever en winstgevender. Dat klinkt als iets wat je als werkgever wilt stimuleren!
In dit wetenschappelijke artikel lees je er alles over!